< Alle onderwerpen
Printen

Genesis 30: 22-24

Deze bijdrage van Lukas de Groote verscheen eerder in Stethoscoop op Genesis, uitgegeven door de stichting Amphora Books, 2010.

Geboorte van Jozef

De NBV vertaalt deze verzen zo:
Toen dacht God eindelijk aan Rachel: hij verhoorde haar en opende haar moederschoot.
Ze werd zwanger en bracht een zoon ter wereld. ‘God heeft me van mijn schande verlost’ zei ze.
Ze noemde het kind Jozef en zei: ‘Ik hoop dat de HEER mij er nog een zoon bij geeft.’

De Herziene Naardense Bijbel heeft:
Dan gedenkt God Rachel: God hoort naar haar en opent haar moederschoot.
Ze wordt zwanger en baart een zoon; ze zegt: God heeft mijn smaad saamgevoegd,
en roept als naam voor hem uit: Jozef,- hij zal toevoegen! en zegt erbij: de Ene zal mij een andere zoon toevoegen!

Uiteindelijk wordt ook Rachel zwanger en ze baart haar eerste kind, een zoon nog wel. Want in die tijd en in die cultuur was het een extra zegen als het oudste kind een zoon was.
Onvruchtbaarheid was voor een getrouwde vrouw een drama en haar hele leven een grote schande. Het was een teken dat God niet naar haar omzag.
Vandaar dat Rachel dan ook zegt dat God haar van deze schande heeft bevrijd. En zij geeft haar kind de naam Jozef. Oussoren verklaart deze naam met: ‘Hij (God) zal toevoegen’. Inderdaad is dit de betekenis van deze naam. Maar dit ’toevoegen’ is heel wat anders dan wat ze ervoor zei, namelijk dat God haar van schande verlost had. De naam Jozef verwijst naar iets wat nog ontbreekt, en dat noemt ze er direct achteraan. Rachel meende dat ze recht had op dit eerste kind, want ze gebruikt de aanduiding ‘God’, dat is degene die recht doet. En als de Eeuwige haar ook nog barmhartig wil zijn, moet hij haar als ‘Heer’, dat is de nabije, de barmhartige, nog een tweede zoon geven.
Het is uitzonderlijk dat een vrouw bij de geboorte van een kind al direct aan een volgend kind denkt. Maar Rachel vraagt niet alleen om een tweede kind, nee het moet zelfs weer een zoon zijn!
En wat ze over deze tweede zoon zegt is opmerkelijk: De NBV vertaalt ‘nóg een zoon’, maar Oussoren vertaalt terecht ‘een ándere zoon’. In het Hebreeuws staat beslist niet ‘nog een zoon’ of ‘een tweede zoon’, nee er staat echt: een ándere zoon! Het is alsof deze net geboren zoon Jozef Rachels goedkeuring niet kan wegdragen. Later zal blijken dat in de relatie van Rachel en haar oudste zoon iets vreemds aan de hand is. En Jozef wordt later door zijn vader voorgetrokken. Is dit als compensatie voor het tekort aan moederliefde?

Inhoudsopgave

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *