Joods-Christelijke Dialoog

Genesis 34: 2-3 - Lukas de Groote

Deze bijdrage van Lukas de Groote verscheen eerder in Stethoscoop op Genesis, uitgegeven door de stichting Amphora Books, 2010. 

De minnaar van Dina.

De NBV vertaalt deze verzen zo:
Zij (Dina) werd opgemerkt door Sichem, een van de zonen van de Chiwwiet Chamor, die over dat gebied heerste. Hij overweldigde en verkrachtte haar.
Maar omdat hij zich onweerstaanbaar tot Dina aangetrokken voelde en verliefd op haar was, deed hij zijn best om het meisje voor zich te winnen.

De Naardense Bijbel heeft:
Maar haar (Dina) ziet Sjechem, de zoon van Chamor, de Chiviet, de vaandelheffer van het land; hij neemt haar mee, beslaapt haar, vernedert haar.
Dan raakt zijn ziel verknocht aan Dina, de dochter van Jakob; hij krijgt het meisje lief en spreekt tot het hart van het meisje.

Dina, de enige dochter van Jakob, zoekt contact met andere meisjes, en dan wordt zij opgemerkt door de zoon van de vorst van Sichem. Hij pakt haar beet, randt haar aan en verkracht haar. Blijkbaar viel het meisje bij hem in de smaak en ging hij van haar houden.
Het lijkt alsof dit laatste zelfs op twee verschillende manieren gezegd wordt. Toch is er verschil tussen ‘lief krijgen’ en ‘tot het hart spreken’(zoals de grondtekst en ook Oussoren hebben). Met de uitdrukking ‘tot het hart spreken’ wordt namelijk in het Hebreeuws niet bedoeld ‘op iemands gevoel werken’. Het hart is, in tegenstelling met de organen ónder het middenrif, symbolisch voor het verstand, voor de plannen die men heeft.
De rabbijnen zeggen dan ook dat deze uitdrukking niets zegt over Sichems gevoel voor Dina, maar dat hij haar beloften deed voor de toekomst. Hij zal de opvolger van zijn vader worden en het gezag over de stad Sichem krijgen, en Dina zal naast hem de belangrijkste vrouw van Sichem worden. Hij schildert deze positie af tegen die van dochter van een schaapherder, wat een van de geringst geachte beroepen was.
Uit het vervolg van dit verhaal zal blijken dat het louter loze beloften waren die Sichem aan het meisje deed.
Dan nog iets over het woord ‘meisje’ (naära) dat twee keer voorkomt aan het eind van vers 3. Met dit woord wordt een vrouwelijk kind bedoeld dat nog niet in de puberteit is. De gedachte is dat Dina tussen de acht en twaalf jaar oud was. Een meisje dat al geslachtrijp was werd aangeduid met het woord ‘naärah’. In vers 4 verspreekt Sichem zich als hij het tegenover zijn vader heeft over ‘dit kind’, en met dit woord wordt echt een jong kind bedoeld.
De conclusie moet dan ook zijn dat Dina op het moment dat zij verkracht werd nog maar een kind was!

Toelichting

Hieronder toelichtingen op de zondagslezingen voor de komende 4 weken.