Genesis 26:1a,6,7a,8 - Lukas de Groote
Deze bijdrage van Lukas de Groote verscheen eerder in Stethoscoop op Genesis, uitgegeven door de stichting Amphora Books, 2010.
Isaaks zuster.
De NBV vertaalt deze verzen zo:
Eens brak er in het land hongersnood uit,… en daarom ging Isaäk naar Gerar…
Dus bleef Isaäk in Gerar wonen
Toen de inwoners van die stad hem vragen stelden over zijn vrouw, zei hij dat ze zijn zuster was.
Maar toen hij daar al geruime tijd woonde, zag Abimelech, de koning van de Filistijnen, tot zijn verbazing vanuit zijn venster hoe Isaäk Rebekka aan het liefkozen was.
De Herziene Naardense Bijbel heeft:
Het geschiedt: honger in het land,… dan gaat Isaak…naar Gerar
Dan zet Isaak zich neer in Gera,-zwerversgasthuis.
Maar dan vragen de mannen van dat oord naar zijn vrouw en zegt hij ‘mijn zuster is zij’,
Maar het geschiedt wanneer hij daar een lengte van dagen is: eens gluurt Avimelech, koning van de Filistijnen door het schietgat; en wat ziet hij?- Ziedaar Isaak ,- men lacht, is bezig Rebekka, zijn vrouw,‘aan het lachen te maken’…
God zegt in Genesis 26 tegen Isaäk dat hij tijdelijk in het Filistijnse gebied kan wonen, vanwege de honger. Maar Isaäk gaat zich er (blijvend) vestigen. Blijkbaar wordt hij daar met respect behandeld. In Genesis 20 was Abraham ook al in een tijd van honger naar Gerar getrokken, en ook hij heeft zijn vrouw voor zijn zuster laten doorgaan. Bij Isaäk lijkt er echter geen enkele reden om deze smoes te gebruiken, want een bedreiging zijn de Filistijnen in het geheel niet. Trouwens, het is ook vreemd dat een man met zijn zuster huist en dat er ook nog twee jonge knapen rondlopen die blijkbaar bij dit stel horen.
Dat Abimelech de zaak niet vertrouwt en uit zijn venster spiedt, lijkt wel logisch. En wat ziet hij? Een man die, op klaarlichte dag nog wel, met ‘zijn zuster’ aan het ‘liefkozen’ is (de Staten Vertaling heeft het over ‘dollen’; bedoeld is in elk geval seksuele handelingen verrichten. Het is iets wat men in elk geval niet met zijn zuster hoort te doen.
Wat zou de reden voor Isaäks leugen zijn om zijn vrouw voor zijn zuster te laten doorgaan. Bij Abram (Genesis 12)/Abraham (Genesis 20) zal het motief geweest zijn om een hierdoor een zaaddonor te krijgen. Bij Isaäk kan dat geen rol spelen.
Mijn mening is dat Isaäk eenvoudigweg zijn vader na-aapt zoals hij probeert altijd in de voetstappen van zijn vader te gaan. Zijn hele gedrag is dat van iemand die geen eigen initiatief kan ontplooien.
Isaaks zuster.
De NBV vertaalt deze verzen zo:
Eens brak er in het land hongersnood uit,… en daarom ging Isaäk naar Gerar…
Dus bleef Isaäk in Gerar wonen
Toen de inwoners van die stad hem vragen stelden over zijn vrouw, zei hij dat ze zijn zuster was.
Maar toen hij daar al geruime tijd woonde, zag Abimelech, de koning van de Filistijnen, tot zijn verbazing vanuit zijn venster hoe Isaäk Rebekka aan het liefkozen was.
De Herziene Naardense Bijbel heeft:
Het geschiedt: honger in het land,… dan gaat Isaak…naar Gerar
Dan zet Isaak zich neer in Gera,-zwerversgasthuis.
Maar dan vragen de mannen van dat oord naar zijn vrouw en zegt hij ‘mijn zuster is zij’,
Maar het geschiedt wanneer hij daar een lengte van dagen is: eens gluurt Avimelech, koning van de Filistijnen door het schietgat; en wat ziet hij?- Ziedaar Isaak ,- men lacht, is bezig Rebekka, zijn vrouw,‘aan het lachen te maken’…
God zegt in Genesis 26 tegen Isaäk dat hij tijdelijk in het Filistijnse gebied kan wonen, vanwege de honger. Maar Isaäk gaat zich er (blijvend) vestigen. Blijkbaar wordt hij daar met respect behandeld. In Genesis 20 was Abraham ook al in een tijd van honger naar Gerar getrokken, en ook hij heeft zijn vrouw voor zijn zuster laten doorgaan. Bij Isaäk lijkt er echter geen enkele reden om deze smoes te gebruiken, want een bedreiging zijn de Filistijnen in het geheel niet. Trouwens, het is ook vreemd dat een man met zijn zuster huist en dat er ook nog twee jonge knapen rondlopen die blijkbaar bij dit stel horen.
Dat Abimelech de zaak niet vertrouwt en uit zijn venster spiedt, lijkt wel logisch. En wat ziet hij? Een man die, op klaarlichte dag nog wel, met ‘zijn zuster’ aan het ‘liefkozen’ is (de Staten Vertaling heeft het over ‘dollen’; bedoeld is in elk geval seksuele handelingen verrichten. Het is iets wat men in elk geval niet met zijn zuster hoort te doen.
Wat zou de reden voor Isaäks leugen zijn om zijn vrouw voor zijn zuster te laten doorgaan. Bij Abram (Genesis 12)/Abraham (Genesis 20) zal het motief geweest zijn om een hierdoor een zaaddonor te krijgen. Bij Isaäk kan dat geen rol spelen.
Mijn mening is dat Isaäk eenvoudigweg zijn vader na-aapt zoals hij probeert altijd in de voetstappen van zijn vader te gaan. Zijn hele gedrag is dat van iemand die geen eigen initiatief kan ontplooien.