Joods-Christelijke Dialoog

Deze bijdrage van Lukas de Groote verscheen eerder in Stethoscoop op Genesis, uitgegeven door de stichting Amphora Books, 2010.

Uitspraken over het kinderoffer in de bijbel.

Op veel plaatsen in Tenach is sprake van een kinderoffer, maar altijd wordt dit afgekeurd of verboden. Als er sprake is van ‘door het vuur laten gaan’, wordt waarschijnlijk bedoeld het levend of dood verbranden van een kind. Een andere mening hierover is dat bedoeld kan zijn ‘met blote voeten over vurige kolen laten lopen’.

Leviticus 18:21 en 20:1-5: Een kinderoffer aan de Moloch is beslist verboden.
Deuteronomium 12:31: Niet zó zullen jullie de Eeuwige, jullie God dienen…zelfs hun zonen en hun dochters verbranden zij voor hun goden met vuur.
Deut.18:10: Onder jullie zal er niemand zijn die zijn zoon of dochter door het vuur zal laten gaan.
2 Koningen 16:3: Hij deed zijn zoon door het vuur gaan, in overeenstemming met de gruwelen van de volken die de Eeuwige had verdreven.
2 Koningen 17:17: Zij hadden hun zonen en dochters door het vuur laten gaan…om te doen wat kwaad was in de ogen van de Eeuwige.
Jesaja 57:5: Gij die in wellust ontbrandt… die de kinderen slacht.
Jeremia 7:31-32: Zij hebben hoogten gebouwd om hun zonen en hun dochters met vuur te verbranden, wat ik hen niet geboden heb en wat in mijn hart niet is opgekomen.
Jeremia 19:5: Kinderen als brandoffer voor de baäl met vuur verbranden, is iets dat ik niet geboden heb en iets dat mij niet in de zin gekomen is.
Jeremia 32:35: hier staat ditzelfde nogmaals.
Ezechiël 20:31: Jullie verontreinigen je door jullie zonen door het vuur te laten gaan.
Ezechiël 23:37-39: Hun zonen hebben zij voor hun afgoden geslacht.
Micha 6:7: Zal de Eeuwige welgevallen hebben aan duizenden rammen? Zal ik mijn eerstgeborene geven voor mijn zonde?
Psalm 106:37-38: Zij offerden hun zonen en dochters aan de afgoden, en zij vergoten onschuldig bloed.



Toelichting

Hieronder toelichtingen op de zondagslezingen voor de komende 4 weken.